Teruggaaf van BTW in verband met oninbare vorderingen
In art. 29 OB staat dat op verzoek teruggaaf van belasting wordt verleend voor zover de vergoeding niet is en niet zal worden ontvangen. De ondernemer moet hierbij dus twee zaken aannemelijk maken. Ten eerste dat de vergoeding niet is betaald en ten tweede dat de vergoeding niet meer zal worden betaald. Dat de vergoeding (niet) is betaald kan in het algemeen eenvoudig worden vastgesteld. Wel moet goed gekeken worden of er niet in natura is betaald of dat verrekening van vorderingen en schulden over en weer heeft plaatsgevonden.
Ten tweede moet dus aannemelijk worden gemaakt dat de vergoeding niet meer zal worden betaald. Dat is lastiger. Bij een faillissement van de afnemer is het duidelijk dat er niet betaald gaat worden, maar in andere gevallen, is het moeilijker om dit aannemelijk te maken. Dat wil niet zeggen dat het onmogelijk is! In die gevallen dient de ondernemer aan de hand van verschillende feiten en omstandigheden aannemelijk te maken dat de vergoeding niet (meer) zal worden betaald. Hierbij kan worden gedacht aan correspondentie met de afnemer waaruit blijkt dat hij niet gaat betalen of acties van een incassobureau zonder resultaat. Ook indien de eigen incassopogingen zonder resultaat blijven of wanneer er door discussie met de afnemer duidelijk wordt dat hij niet gaat betalen is teruggaaf mogelijk.
De elektronische aangifte bevat geen aparte rubriek voor het verzoek om teruggaaf. Dit dient schriftelijk (brief) aan de belastingdienst te worden gedaan, waarbij de documenten ter onderbouwing van de oninbaarheid het beste kunnen worden bijgevoegd om een snelle behandeling te verzekeren. U mag dus niet zelf de belasting verrekenen in de elektronische aangifte! Dit schijnt in de praktijk wel vaak te gebeuren. De brief dient binnen een maand na afloop van het tijdvak waarin het recht op teruggaaf is ontstaan bij de belastingdienst binnen te zijn. Dat wil zeggen dat als u per kwartaal BTW aangifte doet, de brief binnen een maand na afloop van het kwartaal bij de belastingdienst ontvangen moet zijn. Als u per maand aangifte doet moet de brief binnen een maand na afloop van die maand bij de belastingdienst ontvangen zijn.